Even een aanloop nemen. Het is niet makkelijk nu te schrijven. Het lijkt alsof alles te veel werk is. Zo was het indertijd ook bij mijn familieleden, mijn vrienden, de eerste tijd na hun dood – een alles doordringende vermoeidheid.
Ik geef mee, zet mij niet schrap, ik ben moe, zo is het. Ik voel mij verscheurd, het is lichamelijk, energetisch. Het weefsel waarin Hanneke en ik waren opgenomen is gescheurd. Dat vraagt veel. Het is een feit.
Vooral in de nachten ervaar ik het. Ik droom dat ik met nog een tweede begrafenis bezig ben, Hanneke begraaf ik samen met anderen, maar deze begrafenis doe ik in m’n eentje. Ik word wakker en ik begrijp het, ja, ik ben niet alleen Hanneke aan het begraven, ook mijzelf, een deel van mijzelf. Ik begrijp het in het ochtendkrieken, maar in de nacht gaat het voorbij het begrip. Het gebeurt met mij, de draden worden losgemaakt. Ik ruim niet alleen haar kleerkast uit, ook de mijne. Het is loslaten, niet één keer, maar moment na moment, zoals ik adem.
Loslaten. Dat vraagt zij van mij. Zo hebben we geleefd en dat heeft zij mij steeds gegeven. In het loslaten eer ik haar. Ik eer haar in het missen, in het klagen. Ik schreef daarover een gedichtje:
Vrouw van vuur,
voorbij dit laatste uur
jij brandt in mij
brandt mij in mij
los van de grond die mij
zo lang met jou verbond
ga maar, ik laat je gaan,
maar het snijvlak, deze wond,
draagt jouw geheime naam
en alles in mij klaagt.
*
Er wordt mij in de nacht een soort belofte gedaan. Een stem zegt in een droom tegen mij dat door Hanneke’s dood, haar wijze van doodgaan, Poetin zijn macht zal verliezen en dat hij zal sterven. Dit is voor de stem vanzelfsprekend, net zo vanzelfsprekend als het voor mij is dat woensdag volgt op dinsdag.
Ik heb wel even de tijd nodig om de boodschap tot mij te laten doordringen. Wat wordt daar gezegd? Niet de machthebbers Joe Biden en Xi Jinping zijn de grote tegenstanders van Poetin, maar Hanneke Frankhuisen? Dat is merkwaardig, juist ook omdat zij, zeker op het eind, zo zonder enige macht was. Ik zie haar voor mij, hoe zij die laatste dagen in bed lag, hoe mager en teer zij was, volstrekt weerloos.
Ik zag haar toen ook weer als de yogini die zij was, die zij was geweest. Bijna alle jaren dat ik met haar was mediteerde zij en deed zij haar yoga-oefeningen. Toen werd zij ziek en ook de ziekte ging zij als een yogini tegemoet. Het was een obstakel, zoals je een spanningsvolle houding als een obstakel kunt beschouwen, totdat je niet meer beschouwt maar bent. Zo werd de ziekte, zeker in de eerste jaren, als het gegeven waarbinnen zij mediteerde en het punt van vrede zocht.
Toen haar lichaam het haar niet meer toestond yoga te beoefenen, ging ze tekenen, prachtige tekeningen waarin de veelheid aan beleving werd geconcentreerd en vorm kreeg in lijn en kleur. Haar handen trilden, haar elleboog was gebroken, het was weer een vorm van yoga. En ze bleef dansen, zingen, en toen dat niet meer ging, bleef ze schuifelen en ritmische klanken ten gehore brengen. Zij had niet meer het overzicht, maar zij deed het wel. Zij bleef vibrerend aanwezig.
Het was meestal fijn om bij haar te zijn, ook al was er nagenoeg geen verbale communicatie meer en herkende zij mij ogenschijnlijk niet meer. Niet omdat ze mijn vroegere vrouw was, maar omdat ze lichtend was in alle grauwheid, aanwezig in haar afwezigheid. Ja, afwezigheid, want vergis je niet, in dit alles leed zij ontegenzeggelijk aan de ziekte van Alzheimer. De ziekte zat als een huls om haar heen, het onverzorgde uiterlijk, de dofheid van de ogen in de ingevallen oogkassen, het trillen, de panische reacties, de incontinentie, het geen weet meer hebben van de omgeving, van mij met mijn noden en wensen. Dat werd niet opgelost door de geest, maar de geest doordrong het wel steeds weer, en tot vlak voor het einde was er die lach, die blik en in alle chaos de stille aanwezige energie.
Dat had zij van binnenuit gerealiseerd. De geest was niet weggespoeld, hij was vrijgekomen. En toen het brein afbrokkelde, bleek de geest present te zijn, zonder macht of nut, zonder armen en benen, binnen armen en benen.
In de laatste tien dagen toen ze alleen nog maar lag en alles wat karakter heet was vervlogen, zag ik haar weer ontbloot van alles als de yogini die zij was. Het was haar laatste asana. Zij lag stil op haar zij, bijna voortdurend in dezelfde houding, zij kreunde niet meer, zij lag als het ware met haar lichaam en psyche gegroepeerd rond het punt van stilte.
Ik herkende wat zij deed zonder het te doen. Ik zag hoe zij zich niet verbond met de worsteling die mogelijk was, maar zich voegde rond vrede.
Is dat, deze weerloosheid en tegelijkertijd dit gestage volgen van de lichtlijn in het lijden, het antwoord op Poetin, op de Poetins in de wereld, op de Poetin in mij, op het streven naar macht en beheersing, naar het veroveren van moedertje aarde, en de voortdurende strijd, de onmin, die daarmee gepaard gaat? Op het egocentrisme en het denken in twee?
Ja, ik ben ervan overtuigd dat de droom iets dergelijks zegt. Ik zie dit als de erfenis die Hanneke mij doorgeeft, de essentie van ons gemeenschappelijke werk, die zij heeft bekrachtigd door hoe zij leefde tot aan de laatste adem toe. Mijn metgezel, mijn reisgenoot, haar erfenis die op mijn bord ligt en die ik zuiver aanvaard.
(wordt vervolgd)
Ze blijft een deel van jou en jij van haar. Zo simpel kan het zijn en troostend ook, Hans.
Dank, dank dank…..
De Vrede zij met U en Hanneke. Veel sterkte.
Rust, rouw en intensiteit. Door elkaar heen. 2 mooie, lieve zielen waren en blijven jullie.
Er blijven lijntjes voelbaar, jullie blijven een bron, al ruim 30 jaar
Veel liefs
Els
lieve mooie Hans,
diepe dank. En dit kwam bij me boven:
Veel soorten van verdriet,
ik noem ze niet.
Maar een, het afstand doen en scheiden.
En niet het snijden doet zo’n pijn, maar het afgesneden zijn.
Vasalis
Lieve Hans, ten diepste raken jouw prachtige woorden mij; in stilte aan jullie denkend, met tranen in mijn ogen.
Wat een gave om je gevoel / je rouw / je erfenis zo te kunnen verwoorden!!
Ja, zo is het. Schitterend beschreven.
Ik dank God
dat ik dit lezen mag .
Zo intens en levend , voelbaar geschreven .
Het raakt mij tot in mijn ziel Hans .
Ik zie jullie beiden haarscherp voor mij ( al is het 25 jaar geleden )
. Willemien
Lieve Hans, je schrijft zo hartverscheurend mooi over het pad dat je nu gaat, Hanneke is nog steeds je muze.
Afscheid nemen
is met zachte vingers
wat voorbij is dichtdoen
En verpakken
in goede gedachten der herinnering
Is verwijlen bij een brok leven
En stilstaan op de pieken van
pijn en vreugde
Afscheid nemen
is met dankbare handen
weemoedig meedragen
Al wat waard is niet vergeten….
Is moeizaam de draden losmaken
en uit het spinrag der belevenissen
loskomen en achterlaten
En niet kunnen vergeten
Dietrich Bonhoeffer
Deze torenhoge golf grijpt je in deze periode van rouw. Uit de eerbied voel ik zoveel liefde. Samen in die zee met al die kleuren en vissen manifesteert weer het water en de vis. Dat is eng, dat is liefde.
Blijf schrijven…
Toch, ja. De verscheurdheid ervaar je. De muze die niet meer is. De wond, de leegte. Rust, Hans, je weet, het heelt.
In time, zeggen ze en dat is waar.
Ik vroeg mij net gisteren af hoe het met je ging. Eigenlijk nog steeds: met jullie ging. En daar is het antwoord vanmorgen.En ik voel doorgaande dankbaarheid voor je steeds opnieuw verwoorden…….terwijl ik verstil.
Ik buig en neem in… schreef al iemand… dat geeft het weer… dank Hans en wens je ‘gevoelde aanwezigheid’ in dit intense loslaten…
Het begraven van de mens die je was in het leven met haar en toch door het gescheurde weefsel heen het blijven volgen van de richtlijn.
Ik eer jullie beiden en jou in het prachtige gedichtje.
Dank voor de rijke erfenis waarin je ons laat delen.
Heb het goed
Jobi
stil in mij, ik buig en neem in
dank je wel
Geen woorden meer…alleen een diepe stilte en een diep respekt voor alles wat je deelt…dit gaat zo voorbij leven en dood…
Dank je wel, Hans!
Wat mooi Hans, dankjewel voor het delen.
Veel dank Hans voor het delen van deze erfenis….
Dank weer voor dit delen in prachtige woorden. Ik denk veel aan je (jullie) en dank je. Liefde.
Wat een waarheid en hulp om te kunnen blijven leven: “deze weerloosheid en tegelijkertijd dit gestage volgen van de lichtlijn in het lijden”.
Heel veel sterkte daarnaast met het loslaten adem na adem.