Een mooie uitspraak van mijn vrouw vanmorgen: ‘Wat maken wij veel dingen mee die gewoon zijn en toch niet.’
Zo is het. En oh, wat houd ik van haar als ze zo spreekt, zo precies, terwijl de woorden haar ontvallen.
De dagelijkse routine is inderdaad gewoon. Ik sta op, ga naar beneden, zet de thermostaat hoger, maak het ontbijt klaar, ga naar boven, help Hanneke de dag in, kleren uitzoeken, wassen, tandenpoetsen, tas, kam, bril, check. Dat is het begin, het begin van het begin, iedere dag hetzelfde. En zo gaat de dag verder, met kleine variaties (zoals dat ik nu bij voorbeeld een klein uur heb om te schrijven). Soms geef ik een les of een lezing, met Hanneke naast mij, we wandelen, we zijn voortdurend in gesprek, we luisteren naar muziek, ik verzorg de maaltijden, ben voor Hanneke een baken in de oeverloze tijd en ruimte. Tussendoor sprokkel ik wat vrije momenten bij elkaar, waarin ik iets lees of een sudoku oplos. Tot aan de avond. Tussen 10 en 11 liggen we in bed. Hanneke valt bijna meteen in slaap en ik heb even helemaal de tijd voor mijzelf, een uur of iets meer. Dat komt meestal neer op lezen. Het rustpunt van de dag. En dan slapen we dicht tegen elkaar aan.
Dat is de routine. Zo ziet het eruit. De telkens terugkerende bezigheden van een ouder echtpaar, waarvan er één ongeneeslijk ziek is. Een mantelzorger en een zieke vrouw, die er beiden het beste van maken. Zo ziet het eruit en zo is het ook. Het gewone.
En tegelijkertijd is het zo ook niet. Tegelijkertijd is niets gewoon.
Want al die handelingen, trap op, trap af, al die minuten in de tijd, wortelen in licht. En in het licht is alles nieuw.
Dat is niet een gedachte of iets dat ik geloof – ik ervaar het.
Ik ervaar het, dit voortdurende licht, als de vanzelfsprekende grond van het bestaan en ik verbaas mij er ook over. De dingen zijn zo anders dan ik dacht.
Vroeger was een geliefde fantasie van mij dat ik mij op mijn oude dag zou terugtrekken uit de wereld en zou toetreden tot een geestelijke orde. Ik stelde mij voor dat ik mijn dagen, in overeenstemming met de leer van de orde, in gebed of meditatie zou doorbrengen, bij voorkeur hoog in de bergen, en dat ik zo nog voor mijn dood de verlichting deelachtig zou worden. Ik zag mij zitten overgoten door stil licht in ruime hoge meditatiezalen. Ik zou ik-loos mij buigen en glimlachend overgaan. En nog zo het een en ander. Fantasieën van een verlangende ziel.
Nu ben ik een groot gedeelte van de dag aan het opruimen en schoonmaken, de wc, het bed, de afwas, Hanneke onder de douche, ik doe boodschappen en fungeer als externe harddisk voor het gemankeerde brein van mijn vrouw.
Zo dien ik nu, van ’s ochtends vroeg tot ’s avonds laat, in dit klooster, overgoten door stil licht. Het is een en al meditatie, alleen is het niet een meditatie die tot iets strekt, het is niet een meditatie die mij inwijdingen doet doorgaan, doet stijgen op de geestelijke ladder en ten slotte leidt tot verlichting. Het is meditatie zonder meer.
Er is geen toekomst en geen toekomstige verlossing. Dit is het, hier, licht en vorm. Dit is mijn yoga, hier zing ik Om mani padme hum, de parel in de lotus. Vele malen herhaal ik de mantra welke dag het vandaag is en waar we nu zijn, steeds weer zing ik dat, nee, vandaag er geen bijeenkomst is en dat we al geslapen hebben.
Hier in deze ruime, hoge meditatiehal zingen wij onze mantra’s, Hanneke en ik, en buigen wij ons.
Dit is het. Hier. Nergens anders.
Rustig en vredig. In alle onrust, want er zijn lijstjes, niets is ooit af en veel krijg ik ook niet goed meer voor elkaar (zoals schrijven voor mijn blog of brieven beantwoorden, daar heb ik bijna de tijd niet voor).
Hier is er de beleving van licht, het zachte besef dat duister is ingebed in licht, en niet omgekeerd.
Net gekeken naar u in de Verwondering. Wat kijkt u liefdevol naar de wereld. Uw woorden zijn zacht en zoet en ik verwonder mij over uw kracht om de wereld zo tegemoet te treden. U raakte mij en ik herkende wel wat u vertelde in mijn proces met mijn vader die dementeerde. Dat de liefde leidt en het voor mij dragelijker maakte dan dat ik had kunnen denken. Hoe vervreemdend en schokkend dementie ook is en hoe verdrietig ik ook ben geweest. Het was ook bijna een sprookje als ik er op terug kijk. De vanzelfsprekende verbondenheid die ik met mijn vader voelde. Zonder veel tekst. En het verleden wat best moeizaam was is geheeld in zijn dementie. Ook dat heb ik mogen ervaren… veel over mezelf ….dat realiseer ik me. Maar dat was wat me raakte in uw mooie woorden … de verbondenheid, over alle afstand heen, en het zijn zonder alle schillen van afstandelijkheid….
Ik wens u heel veel liefde en verbondenheid toe, samen ❤️
‘Gewoon’. Jaren geleden lag ik in het ziekenhuis te wachten op een gecompliceerde open hartoperatie. Op een ochtend keek ik naar buiten en zag beneden op straat een man van mijn leeftijd voorbij fietsen. Voor hem heel gewoon, zo dacht ik. Maar tegelijkertijd voelde ik dat gewoon helemaal niet gewoon is: stel je voor dat ik daar straks óók weer fiets! Ik durfde dat bijna niet te geloven. Toen ik een half jaar later, gerevalideerd en wel, door diezelfde straat fietste en omhoog keek naar dat ziekenhuisraam, besefte ik diep: gewoon is niet gewoon. Dankjewel Hans, voor je woorden. Hier is het licht, nergens anders.
Ik las alle reacties en ook de antwoorden van Hans op de reacties.
Mijn man heeft sinds 2 jaar dementie of Alzheimer Het laatste jaar is hij erg achteruit gegaan.
Mij stoort nog steeds de reactie van anderen aan wie ik dit nu wel moet vertellen.
De reacties zijn :”Vreselijk,met die man ben je toch niet getrouwd,hoe kun je dat aan…..”
Ook worden vele vragen gesteld waarvan het nieuwschierigheidsgehalte bovendrijft:”is hij niet agressief,kan je hem wel alleen laten,Is hij niet gevaarlijk”…
Mijn man had in een welbepaald “landschap”veel bekendheid en stond op intellectueel vlak erg hoog aangeschreven.
Het is alsof ik in de ogen van de mensen nu gehuwd ben met een duts een ,een sukkelaar en zou ik er het best aan doen voor mijn eigen geestelijke gezondheid om hem zo vlug mogelijk in een tehuis voor dementen onder te brengen.
Erg pijnlijk…
Mijn man is helemaal niet agressief of gevaarlijk.
Hij is enorm lief en uit zijn liefde en aanhankelijkheid aan mij op ondubbelzinnige wijze…
Natuurlijk zijn er de andere moeilijke elementen….
Daarom ben ik zo gelukkig dat hier op een andere manier gesproken wordt,over geestelijke verbinding,over affectie….
Ingrid.
Bedankt Hans, fijn om te lezen, en vooral dat je dat licht beleeft! Ik wou dat ik dat kon zeggen.
Je verhaal roept bij mij herinneringen op aan een soort ‘verlichte momenten’ bij dementerende mensen. Vooral als er iets schokkends gebeurt. Ik zou er graag over vertellen, ben tegelijk bang dat het veel te lang is voor ‘een reactie’.
Ach ik doe het gewoon (nu we toch over gewoon en ongewoon praten) het hoeft er niet allemaal in.
Mijn zus -Marie – was in een woonzorghuis voor dementerende mensen en daar is zij overleden (niet aan dementie/was nog niet zo ver). Ze lag er mooi bij, en de mensen van haar afdeling kwamen even kijken en afscheid nemen. Eerst was er de ontsteltenis en “o wat vind ik dat nou toch erg…” en zo, ze begrepen prima wat er aan de hand was. Toen vroeg een van de dames – met wie Marie altijd mot had, die twee waren ongeveer water en vuur – : “Vond ze die aapjes leuk?” (er zaten een paar speelgoedaapjes op de verwarming).
“Ja, vond ze wel leuk” zei ik. “Moet ze die niet mee hebben?” vroeg die mevrouw. Geen haar op mijn hoofd had aan aan zoiets gedacht, ik zei: Ja prima, leg er maar eentje bij haar.” Zij ging zo’n aapje pakken, legt het naast mijn zusje op het kussen en dekt nog even zorgzaam toe. Heel liefdevol deed ze dat, duidelijk voor Marie bestemd, niet voor dat aapje. En deze mevrouw bleef tot het einde meegaan, tot en met de auto de straat uit was. En daarna bleef ik nog een kopje soep eten met die mensen, en toen wilde ik weg gaan. Cobie, een vrouw tegenover mij, zag dat. Nu was Cobie iemand , als ik daar kwam en ik zei: “Ha Cobie hoe is het met jou? of zoiets, zei ze “Ja goed goed hoor, prima” en nog een paar woorden die ik niet meer verstond. Dan brabbelde ze nog wat verder. Nu, ze zag dat ik weg ging, zei ze: “Ga je weg?” Ja, zei ik. “Waar naar toe?” Naar huis.
Zij: “Alleen?” Ja. Cobie: “Moet je niet doen. Je moet naar andere mensen gaan.”
Ik was ongeveer perplex. Ongelooflijk was het. Ik vind het nog steeds aangrijpend als ik eraan terugdenk.
Zo ongewoon.
Met hartelijke groeten Hans, en dank, en ook de beste groeten aan Hanneke.
Hi An, bedankt voor je mooie verhaal. Ik ben benieuwd wat jou zo raakt in wat deze vrouw Cobie zegt. Dat je niet alleen naar huis moet gaan, maar naar anderen’.
Zou je daar iets meer over kunnen vertellen?
Dag Lisa, dankjewel voor je reactie, leuk dat je dat doet.
Ik was al onder de indruk van de mensen daar – drie vrouwen – dementerend, van het feit dat ze door iets schokkends onmiddellijk ‘bij de tijd’ waren, hier en nu, even helder, al duurt het nog zo kort. En bij Coby was dat helemaal duidelijk. Ik had nog zelden of nooit een normaal woord van Coby gehoord, en nu ineens dit. Ze waren aan tafel allemaal een beetje stil, Coby ook. Maar nu ze dus zag dat ik weg wilde gaan, ze vond dat niet goed, ze wilde weten hoe het zat. ‘Alleen naar huis’ dat vond ze niks in mijn situatie. Dus dat inleven, dat invoelen van wat ik nodig had in haar ogen, dat was juist het voor mij ‘schokkende punt’, het raakte me echt. Terwijl ze zelf dus duidelijk nog onder de indruk was van het gebeuren.
Ik moest die avond naar mijn schildergroep en ik was vaag van plan om niet te gaan. (Wie gaat er nou ‘gewoon’ schilderen als je zusje net dood is……) Maar mede door Coby ben ik maar gewoon wel gegaan. Was waarschijnlijk ook beter. Alles was buitengewoon ongewoon.
(En dit alles alweer 3 jaar geleden….! Als ik er aan denk lijkt het vorige week of gisteren)
Hoop dat het duidelijker voor je is, met groeten, Hanna
Duister gebed in licht.
Troostender kan het niet.
Dankjewel
Zo intiem
zo rauw
zo gewoon
God is niet God
geen klooster, geen kerk
dit leven , deze vorm
dit licht
ik wist het niet
Dank je Hans vanuit mijn innige hart
“Hier is er de beleving van licht, het zachte besef dat duister is ingebed in licht en niet omgekeerd”
Wat breng je deze beleving prachtig onder woorden, en diepe dank dat je ons deze beleving en dit besef zo voelbaar laat meebeleven.
Zoveel respect en verwondering. Dank voir het delen.
Ontroerend mooi .. mijn moederhart herkent dat soort liefde die u toedraagt aan Hanneke, datzelfde gevoel heb ik voor mijn zoon, maar ik had geen idee dat dit tussen man en vrouw ook zo kon zijn.
En toch lees ik het hier.
Ik ‘voel’ en proef het in de oprechtheid van uw woorden, in uw tedere zorg.
Wat had ik dat mezelf ook graag gegund ..
Maar misschien kan ik wel een ‘lichtje’ zijn in het leven van anderen, en is wat je daarmee uitstraalt even mooi.
Genoten van uw interview in De Verwondering.
Annemiek rijgt bijzondere mensen als parels aan haar snoer ..
Buitengewoon dichtbij en teder. Dank voor het delen.
Dit is het. Hier. Nergens anders.
Jullie buigen
Ik buig mijn hoofd naar hoe het leven is.
Hier. Nergens anders.
Niet aanvaarden, niet verwerpen.
Dit is het.
…het is één grote inwijding.
Zo herkenbaar, die oude fantasie. En dat het leven het beter weet en je heiligheid dus niet in het klooster vindt maar hier en nu, vandaag. Lijkt heel erg op (mijn beleving van) het moederschap.
Hoi An, Ja, daar dacht ik ook aan toen ik aan het schrijven was: aan het zorgen voor kleine kinderen, dag en nacht, en hoe je daarbij in rust kunt zijn, in het licht, wat er ook gebeurt, in vanzelfsprekende meditatie dus, en hoe dan opeens die meditatie helemaal niet meer vanzelfsprekend is en je ten onder lijkt te gaan in de chaos en de drukte. Het verschil is wel dat kinderen groter worden, leren, zich ontvouwen, terwijl dit een proces naar de dood toe is, een proces van schijnbare vermindering. Liefs, Hans
Bij het lezen van je blog hoor ik het Hanneke ineens weer zeggen: “ zo wordt de liefde vaardig “
Dank jullie wel allebei!
Dank je wel dat je prachtig woorden geeft en kunt geven aan wat je en wat jullie ervaren; het wordt er diep stil van in mij.. het Leven
Ook dank voor je immens ontroerende interview bij de Verwondering: je geeft woorden aan hoe ik mensen met dementie ervaar. En de ‘boze toeschouwer of waarnemer ( weet het woord niet meer ) gaf me ineens veel inzicht in mezelf.
Ha Hans,
“…eerbied voor de gewoonste dingen…”, las ik gisteren bij Vasalis.
Paul.
Alles wat je schrijft kan ik zien,horen en ervaren.
Mijn lieve man heeft Alzheimer…
We zijn gelukkig op een ongewone manier maar des te intensiever.
Ik ben soms ook erg ongelukkig ….
Momenten van leegte,gebed,contemplatie,die ons uit ons zelf gerichtzijn wegtrekken en richten op de Andere zijn voedende bronnen.
Bronnen die ons in contact brengen met de liefde..
Dank Hans om dit te delen.
Hallo Hans,
Wat een tekst. Nederig beschouw ik mijn eigen schrijfseltjes. Ik kan niet mediteren. Droom ik weg denkend aan mijn lieve schat, dan komen onherroepelijk de tranen. Praten kan zij eigenlijk nauwelijks nog. Vandaag zei ze één toepasselijk woord. Toen ik haar complimenteerde met haar mooie nagels. Haar hele leven beet ze die kort tot op het bot. Toen keek zij mij lachend aan en zei : “Gekkerd”. Het enige zinnige woord in anderhalf uur samenzijn.
Hans wat ben ik jaloers op jou. Gek he? Het feit dat jouw Hanneke nog bij je is. Nog enige cognitieve vermogens heeft. Je in bed nog even tegen haar warme lichaam kunt aankruipen. Ik zie er tegenop om naar bed te gaan. Ons grote lege bed voelt bijna vijandig. Ondanks al je verdriet, kan ik je zeggen geniet toch vooral van deze simpele momenten en handelingen, want zelfs die zul je t.z.t nog ontzettend gaan missen.
Sterkte,
Peter de Leeuw
Beste Peter, Dank je voor je reactie. Wat zeg je dat goed: ‘Ons grote lege bed voelt bijna vijandig.’ Ik kan mij wel enigszins voorstellen hoe moeilijk het is wanneer de communicatie ten einde is, wanneer het doffe zwijgen is ingetreden, schijnbaar. Ja, ik noem het schijnbaar, omdat ik steeds weer merk dat er helderheid, aanwezigheid, is achter de gebrekkige expressiemiddelen. Dat springt dan opeens tevoorschijn. ‘Gekkerd’, het is toch een lampje dat aan gaat. Ik weet dat de aftakeling van lichaam en psyche zich voortzet, daar heb ik (meen ik) geen illusies over, zo is het ziekteverloop, maar ik ben zo verbaasd, juist omdat daar zo zelden iets over wordt verteld, dat de geestelijke verbinding niet alleen intact blijft maar zich zelfs verdiept. Ik mis wel degelijk de oude Hanneke, en tegelijkertijd ben ik ook heel gelukkig met deze nieuwe, meer bezonken en ook meer kinderlijke vrouw. Zo was zij altijd al en dat komt nu vrij. Dat vraagt van mij ook om een nieuwe man te zijn. Dat is een avontuur. En in dat avontuur ben ik ook niet verdrietig, wel zo nu en dan, maar het is niet de grondtoon. Het is rauw, het is hard werken, en de grondtoon is zacht. Hartelijke groet, Hans
intiem. dierbaar. inwijdend. ik lees dit graag. dank
Zo lief ….dankjewel Hans
Ora et labora, met de getijden van het klooster;
iedere dag anders, iedere dag hetzelfde.
Wat een liefdevol monnikenwerk.
Dank voor je mooie verhaal Hans
Dankjewel Hans! Heel bijzonder! En…… leerzaam.
Beste Hans,
Stil zit ik je verhaal te lezen, met een kopje thee, na een lange sectievergadering van school.
Is mijn dag uiteindelijk anders dan jouw dag? Nee.
Wat maak ik veel dingen mee op school met de 16-jarige leerlingen die gewoon zijn en toch niet.
En o, wat hou ik van jullie, als ik je woorden lees.
Wat is er een diepe verbondenheid.
Zijn we op een of andere manier niet allemaal bakens voor elkaar in welke tijd of ruimte dan ook?
De ritmes van onze levens verbinden zich in het gewone, dat tegelijkertijd niet gewoon is.
Jij kruipt tegen Hanneke aan, ik kruip tegen een warme kruik aan.
Dat alle minuten van de tijd wortelen in het licht, is dat niet onze diepste verbinding?
De beleving van licht, het zachte besef dat duister is ingebed in licht, en niet omgekeerd. Wat ben ik blij met je woorden, Hans.
Eén woord blijft steeds weer bij me hangen: ‘overgaan’.
Ik ben zo benieuwd wat je daarmee bedoelt, Hans.
Je hebt er misschien wel eens over geschreven of over gesproken. Ik weet het niet.
Ik praat met de leerlingen op school ook over jouw woorden.
Zou je me misschien kunnen vertellen wat je bedoelt met ‘overgaan’?
Dank je wel dat je opnieuw zo veel mensen verblijdt!
Hartelijke groeten,
Jeanine
Beste Jeanine, Dank je voor reactie, fris van de lever. Wat is overgaan? Jij bent lerares op een middelbare school, schrijf je. Dan weet je toch wat overgaan is (en wat zitten blijven is)? Dan ga je naar een nieuwe klas. Over die nieuwe klas hebben ze van tevoren van alles gezegd, maar ja, ze kunnen zoveel zeggen, je merkt het pas als je er bent. En ben je nog wel dezelfde als je er bent? In mijn boekje Het lot & de liefde vat ik het na een paginalang betoog als volgt samen: Dus wat mij betreft is er niets dat ik mij kan voorstellen voorbij dat laatste moment. Hoe dat eruitziet? Als niets dat ik mij kan voorstellen! Hartelijke groet, Hans
Ik word geraakt en op de aarde gezet door wat je schrijft. Als dat geen verlichting is!
Respect
Dank je wel, Hans, voor de precieze beschrijving van jullie doorgaande meditatie, de eenvoud en de rijkdom ervan.
Mooi, Hans, hoe je beschrijft. Nog niet zo heel lang geleden had je een hekel aan het woord mantelzorger en ik lees het hier boven. Hoe een gedachte kan veranderen en er altijd dingen te doen zijn, mooi vind ik dat.
Dank je, Peter, voor je reactie. Ik ben nog steeds niet zo content hoor met die term. Ik vind nog steeds dat het woord ‘mantelzorger’ de lading niet dekt en een professioneel tintje geeft aan iets dat allerminst professioneel is. Maar het is wel een gewoon label en in die zin ben ik het gaan accepteren in gesprekken met instanties als de SVB en het Zorgkantoor. En in mijn stuk hoort die term dus ook aan ‘de gewone kant’. Hartelijke groet, Hans
Mooi! Dat wat je ontmoet in het leven, dat wat naar je toekomt, dat is precies waar je wezen moet, dàt is de poort naar verlichting.
indrukwekkend
liefdevol
heel veel dank
voor deze kostbare
woorden
die me raken