In het paradijs (6)

Vaak tegenwoordig, vaker in ieder geval dan een paar maanden geleden, weet Hanneke niet meer wie ik ben – niet zozeer wie ik ben als persoon als wel wie ik ben in relatie tot haar. Vooral ’s ochtends bij het opstaan doet zich dit voor. ‘Wie ben jij eigenlijk?’ zegt zij, wat bozig, alsof ik een indringer ben. ‘Wat doe je hier?’ En als ik dan zeg dat ik haar man ben, barst zij in lachen uit. ‘Ben ik dan getrouwd?’ Ja, zij is getrouwd, al bijna 45 jaar. Grote hilariteit. ‘Dat moeten we dan eens gaan vieren.’ Zeker, dat mag wel gevierd worden.
Soms zeg ik alleen maar: ‘Ik ben hier om je te helpen.’ Dan laat ik dat van die man weg. We zijn inderdaad niet samen omdat we getrouwd zijn, we zijn samen omdat we samen zijn, omdat dat zo is, en daarbij is mijn functie nu vaak dat ik haar help. Help om de dag in te komen, help om kleren uit te zoeken, om de dingen te vinden, de dag van de week, tandpasta, zeep, weegschaal, het ontbijt, kop koffie. ‘Waarom moet je mij dan helpen?’ zegt ze, terwijl ik met haar een rok uitzoek, die aansluit bij het weer en haar stemming. ‘Omdat je je elleboog hebt gebroken en die niet meer goed kunt gebruiken en omdat je alzheimer hebt.’ Ik zeg het meestal in die volgorde, als ik iets zeg. ‘Oh, ja.’ Zo gaan we de dag in. Ik help mijn helpmaat, maar ook daarin blijft zij mijn hulp tegenover mij. Dat is en blijft een gegeven.

Er is slechts dit. Er is geen behandelplan, geen revalidatie, geen weg van herstel. En daarin is zij mijn helpmaat, want dat ken ik niet, niet zo uitgesproken in ieder geval, en dat doe ik nu: helpen zonder toekomst. Bij mijn kinderen was mijn zorg en mijn opvoeding altijd ergens naar toe, van de luiers tot en met de puberteit gericht op een betere toekomst, ontwikkelen van hun talenten, goed volwassen worden. Nu gaat het nergens naar toe, het gaat juist overal vanaf. Weg van de mensen, van het overzicht, van het snel en slim zijn, van het kunnen en kennen. Er is niets meer te leren en niets meer te ontwikkelen.
Hierin in rust zijn met elkaar, in dit zo-en-niet-anders-zijn. Dat noem ik het paradijs.

We gaan zitten. Ik maak een ontbijt klaar, rooster granen, zonnebloempitten, pompoenpitten, klein beetje honing, een oud recept dat ik met de jaren heb verfijnd, heel lekker, met schapenkwark, voedzaam ook en opbeurend. En dan koffie. Bij de koffie is zij er weer. Zij mijmert nog na over dat getrouwd zijn en dat ik nu een vrouw met alzheimer en een gebroken arm moet helpen. Er volgt een onverbiddelijke constatering zoals ik die alleen van Hanneke ken (hoe hoog de golven ook gaan, Hanneke gaat nooit verloren): ‘Dan ben je dus genaaid.’
‘Hoe bedoel je?’
‘Nou, we waren equal, jij wist wat je aan mij had en we deden de dingen samen. Dit was je niet beloofd toen we met elkaar trouwden. Kut met peren zeg, dat is een tegenvaller. Hoe houd je het uit?!’ En na even denken: ‘Maar ach, wat ben je dan lief! Ik vind het heel erg lief dat je daar niet de pest over in hebt. Je zit nooit te mopperen.’
Nee, dat is waar, ik neem het haar niet kwalijk. Ik vind trouwens ook niet dat ze mij in de steek heeft gelaten. Zij is mijn vrouw, wij zijn dit verbond aangegaan, waar het ook toe leidt  Ik heb niets gekocht, niet een omschreven product, en ik heb dus ook niet een kat in de zak gekocht. Dat klinkt misschien heel verantwoord, getuigend van een verheven moraal, maar zo bedoel ik het niet en zo is het ook niet. Ik bedoel gewoon dat wij voor elkaar geschapen zijn en dat dit het meest kloppende is, het meest eenvoudig, het meest dichtbij, hoe lastig misschien ook in vergelijking met andere mogelijkheden. En ja, als er één discipline is die ik opbreng, is het dat ik niet vergelijk – mijzelf niet met anderen en ook haar niet met andere mogelijkheden, die zij had kunnen zijn of zou kunnen zijn. Er is geen andere vrouw. Er is geen andere man. Er is geen andere situatie.

Er is geen andere situatie. Misschien is dat wel kenmerkend voor het paradijs.
En voor de hel natuurlijk.
Dan kies ik toch voor het paradijs.

Het bovenstaande had ik geschreven, maar er ontbrak nog iets. Ik wachtte met publiceren en liet het rusten. Vannacht werd ik wakker, ik lag in het donker en wist:

Zoals het water in mij gerealiseerd wil worden, die vloeibare kern, die vrije beweging, volledig gerealiseerd wil worden in mijn doen en laten, zo wil het water in jou gerealiseerd worden, geliefde, andere, die naast mij ligt in de nacht.  

Mijn opgave is de jouwe niet. Jouw opgave is de mijne niet. We zijn apart, geboren op ons eigen tijdstip, in dit lichaam, waarin deze gedachten, deze gevoelens oprijzen, en hierin zijn wij verbonden met God, met het levende water. En zo, ten diepste zo, zijn wij verbonden met elkaar, studenten in dezelfde zaal, geliefden, reisgenoten.

Wij zijn al zo lang met elkaar en tegenover elkaar, in dit punt van grote spanning dat huwelijk heet – heilige verbinding van maximale tegenstelling. Onbegrijpelijk, oninpasbaar, ben jij mij tot hulp. En ik? Ik, de doener en de denker, ben de hulpbehoevende. Jij doordringt mij, de hulpeloze, met je hulp en staat mij bij in het werk. Zo zijn wij in het paradijs en behoeden en bewerken wij de hof.

(wordt vervolgd)

 

Geplaatst in Hans' weblog
13 comments on “In het paradijs (6)
  1. Jaap Wals schreef:

    Graag meer van dit soort berichten

  2. Joyce Hes schreef:

    Lieve Hans en Hanneke.
    Zo lang elkaar al niet meer gesproken of gezien en toch zo verbonden. Mijn vriend heeft Lewy bodies een vorm van dementie en mijn zoon Ruben gaat binnenkort trouwen. Hij was mijn eerste kind en zonder jullie steun en wijsheid indertijd ( 1980/81) was hij er niet geweest. Daar moet ik steeds aan denken nu.Als ik je blog lees over het water weet ik weer hoe jullie spiritualiteit mij destijds maar ook nu ook weer raakte en raakt.Liefs en toch ook sterkte want het paradijs kan een moeilijke plek zijn voor een mens. Joyce

  3. An van Dijj schreef:

    Lieve Hans,
    Dankjewel dat je dit deelt. Ik kan er goed inkomen, ik heb ongeveer hetzelfde beleefd met mijn (laatste) zusje
    die er nu niet meer is. Het dementeren was nog niet zo ver bij haar, maar ze had ook kanker. Ik was mantelzorger.
    Wat fijn dat Hanneke zo bijkomt bij de koffie, dat zijn toch leuke momenten. Hoop erg voor jullie dat het paradijselijk mag blijven. Voor allebei dank dank en heel hartelijk gegroet, An van Dijk
    Prachtig die tekening, lijkt net textielwerk!

    (Ja was zo leuk dat Hanneke mij nog kende na die dienst in de Ekklesia, ik geloof alweer minstens 2 jaar geleden)

  4. Debbie schreef:

    Wat ging Hanneke hier geweldig door de bocht; recht voor z’n raap, precies zoals we haar allemaal kennen.

  5. Marcelle schreef:

    Zo prachtig om te lezen. Diep geraakt. Sinds maart werk ik als huiskamermoeder met mensen met allerlei vormen van dementie. Wat zijn ze eerlijk, wat raken ze mij in mijn hart. Voor velen van hen is er geen partner meer die de ‘zorg’ op zich kan nemen.
    Ik geniet met volle teugen, elke dienst weer.

  6. Irma Schepers schreef:

    Prachtig. Dank voor het delen en zo gaaf hoe je Hanneke citeert. Ik hoor het haar zeggen.

  7. Dank voor deze openbaring, het raakt hart en ziel en verlost de tranen, dank dat je je laat zien en haar ook in liefde en verbondenheid
    Zacht en kracht komen samen

  8. Marjan schreef:

    Dankjewel voor het delen van jullie open, spontane, wijze, liefdevolle ervaringen!

  9. Valerie Erkelens schreef:

    Heel mooi en ontroerend Hans

  10. Miomi Pront schreef:

    ja ook ja dit raakt en ontroerd ..om wat het is..en zoals ik in een omgekeerde situatie..in mijn eigen leven dit gespiegeld zie .en beleef..ik ben hulpje ..en toch is ook hij mijn hulp ;zijn opgave is niet de mijne..en de mijne niet die van hem.. ik ben dankbaar voor de blik en het inzicht in mezelf wat je me in je schrijven geeft..dank Hans , Miomi

  11. Marie jose schreef:

    Dit schrijven raakt me tot in mijn diepste wezen. Grote dank! Het paradijs, in al haar facetten. Om daar te blijven en er geen hel van te maken. Diep respect.

  12. Anita schreef:

    Hoe hoog de golven ook gaan…Hanneke gaat nooit verloren !!!
    Mooie tekening ….

    Zo zijn wij in het paradijs en behoeden en bewerken wij de hof….

    Dank voor dit prachtige schrijven…..en zo lieffff!!!

    • Janneke Blijdorp schreef:

      “Hierin in rust zijn met elkaar, in dit zo-en-niet-anders-zijn. Dat noem ik het paradijs”.

      Wat een mooie/ goede “definitie” van het paradijs deel je hier Hans. Niets wat je weg wilt wensen of wat ontbreekt. Zoals Longchempa zegt: “voorbij hoop en vrees”. Zo ziet dat er uit. Het gaat nergens naar toe, het komt nergens vandaan. Jullie zijn samen in alles wat is. De keus om dit de hel te noemen, of het paradijs. Jij kiest voor het paradijs.
      Dank je/jullie voor deze openhartigheid en het voorgaan in het pad.
      Janneke

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*