Een maand geleden, even voor Pasen, droomde ik dat ik in een huiskamer stond en het uitriep naar God. Ik was alleen, ik strekte mijn handen omhoog en ik schreeuwde het uit. Een Bijbels tafereel in een Hollandse huiskamer. Toen kwam er een antwoord van boven, de verdieping daarboven. De stem van God sprak tegen mij: ‘Wees precies en wees zuiver. Dat is het.’
Weer schreeuwde ik het uit, ik was zo verdrietig, en weer kwam het antwoord van de etage boven mij: ‘Wees precies en wees zuiver. Dat is het.’
En weer riep ik naar God, maar nu riep ik het precies zoals het was. Terwijl ik nog riep, sprong God door het plafond omlaag naar mijn verdieping. Het plafond bleef ongeschonden, er dwarrelde ook geen kalk omlaag. God was een jonge man, even onder de 30, rank en elegant gekleed. Ikzelf was leeftijdsloos. We stonden tegenover elkaar en keken elkaar aan. Iets was voorbij en iets begon.
Even later lag ik in bed, ik had weer mijn eigen leeftijd. Ik was al half in slaap toen God de deur op een kier opende en naar binnen keek, naar mij, of ik goed lag. Nu was God een vrouw. Een oudere vrouw, maar veel jonger dan ik.
De droom vergezelde mij de afgelopen maand. Ik voelde mij net zo verdrietig en verscheurd als in de droom. Er was diezelfde mengeling van het heilige en het gewone. God in een gewoon huis met een kamer en suite en een bed met een deur op een kier. En dan was er de stilte, de stilte waarin ook de droom was gedompeld. Er was niets wat ik meer kon doen dan precies te zijn en zuiver. Dat was het enige wat telde. Daarbuiten, daarboven was er geen resultaat. Ik ervoer dat ik wanneer ik zo ben, bij voorbeeld in mijn werk of met mijn vrouw, leeftijdsloos ben en dat ik dan met God ben. Ik ervoer echter ook dat ik in de werkelijkheid van de tijd een oude man ben, die snel moe is en veel moet rusten. Dat is ook waar. Net zoals het waar is dat God ook hierin met mij is en op mij let. Zorgzaam als een moeder, de deur op een kier, een streepje licht.
Het is zoeken. Het luistert heel nauw. Soms is het meteen raak, vaker is het bijstellen en nog eens bijstellen. De beginmuziek is krachtig en onloochenbaar. Vervolgens vraagt de voortzetting van de melodie voortdurende afstemming, stoppen, terugkeren op je schreden, de draad opnieuw oppakken. Het is werken, niet werken aan het bedorvene, maar aan realisatie, incarnatie van waarheid en liefde.
Sentimentaliteit en gezwollenheid liggen op de loer, net zoals de leugen van de belofte. Er is een belofte en die wordt vervuld, maar niet in een te voorziene vorm. Er wordt dienstbaarheid gevraagd, geen succes. Dienstbaarheid aan de stem die gehoord wordt en waarop afstemming plaatsvindt in denken, voelen en handelen.
Het is tasten in het duister. Stap voor stap volgen van het lichtspoor, dat eigenlijk helemaal niet meer te herkennen is als lichtspoor. Er is geen referentie, geen herinnering die helpt. Daar sta je alleen met je hoofd en je hart en je handen en waag jij je aan het weten zonder zekerheid, het handelen zonder kunnen. Liefde ziet geen toekomst, ook geen lichtdraad, liefde geeft zich in het gaan.
Vanwaar dan toch dat verdriet?
Het is het verdriet van Pasen, van Goede Vrijdag om precies te zijn. Maar Goede Vrijdag duurt langer dan een dag – het verraad en de verloochening en het lijden van de weerloze waarheid en de weerloze liefde. Goede Vrijdag is in het hart van de tijd. Daar komen alle lijnen uit.
Zeker, er komt een opstanding, er is licht aan het eind van de tunnel, dit alles is niet voor niets. Hitler en al die anderen, groot of klein, die zich afkeren van mededogen, hebben niet het laatste woord, maar in het lijden is geen toekomst, geen belofte. Lijden is lijden.
En jouw lijden is mijn lijden. Anders is het niet. Hoezeer ik ook relativeer, hoezeer ik ook verantwoordelijkheden onderscheid en besef dat jij jouw lot hebt en ik het mijne, hoezeer ik ook mijn adem inhoud en mij afwend. Jouw lijden is mijn lijden. Anders is het niet.
Het is dit ene lijden. Uiteindelijk zonder verzet. Zonder vergelding. Zonder begrip. Puur weerloos.
Ik lees het verhaal over Jezus en het is geen verhaal meer. Ik beleef de verloochening en het lijden van Jezus zoals ik dat niet eerder heb beleefd, alsof het nu gebeurt en ik zie het om mij heen. Ik heb zo’n medelijden met hem, hoe hij verloochend wordt, hoe hij zijn einde tegemoet gaat, zonder hoop, zonder verzachting, alleen en in waarheid. En ik ervaar mijn eigen hulpeloosheid en gebrekkigheid.
Het is een koele constatering. Ik maak de balans op, niet alleen van nu, maar van een heel leven. Wat heb ik weinig weten te realiseren van de liefde, die ik in mij weet en voel, het enig belangrijke. Al die successen, boeken die ik geschreven heb, projecten, ondernemingen, volle zalen, volle klassen, het is zand in de wind. Het enige wat telt zijn de daden van mededogen en de daden van niet-mededogen. Dat is het enige wat overblijft en wordt neergeschreven in het levensboek.
Ik sta in mijn huis, hef mijn handen omhoog en roep: ‘Mijn God, mijn God, waarom moet het zo zijn?!’ Het antwoord gaat niet in op mijn waarom, het antwoord impliceert dat het zo is, een gegeven, en zegt dat het aan mij is om zo precies en zuiver mogelijk te zijn in wat ik zie, wat ik zeg en wat ik doe. En dan zakt God door de vloer.
Als klein kind had ik een lievelingslied, ik heb het nooit kunnen terugvinden, waarvan het refrein luidde: En dan zakken we met z’n allen door de vloer. Dat lied maakte mij blij, ik vond het heerlijk. Met z’n allen door de vloer gaan. Het leek mij het mooiste, het leukste wat er kon gebeuren.
Het is anders gegaan dan ik dacht, maar we zijn door de vloer gegaan. Niet door één vloer, door vele vloeren. Ik ben oud geworden en ik ben leeftijdsloos. Ik ben helder, ik sta weer aan het begin, er wordt op mij gewacht. En ik ben oud, ik heb het allemaal gezien en ik ben zo moe.
Het licht speelt over mijn gezicht. Er wordt voor mij gezorgd.
Beste Hans,
Het lied is: ik ben met Catootje naar de botermarkt geweest.
In een van de refreinen zakken ze door de vloer…
Wat ontzettend mooi.
Zo is het.
Groet van Frederik
Wat koortsachtig en wat prachtig is dit geschreven, het maakt stil.
Zo mooi, dank je wel
Lieve Hans, dank je wel voor je droom en je schrijven.
Het raakt me diep.
Volgens mij is het een boodschap die ons allen aan gaat: wees precies en wees zuiver. Dat is het.
“Het is werken, niet werken aan het bedorvene, maar aan realisatie, incarnatie van waarheid en liefde”.
Dat is het Weten in me wat aangeraakt wordt.
Nogmaals dank,
Tine
Zo herkenbaar en zo precies.Dankjewel Hans deze woorden geven mij heel veel troost.
Lieve groet
Erica
Toeval? Synchroniciteit? Ik zie het als antwoord. Dank.
Prachtig.
lieve hans,
Door de vloer zakken. De vloer waarvan je altijd dacht dat die je wel zou dragen.
En dan, juist dan, zo precies en zo zuiver mogelijk zijn. In liefde, het enige dat werkelijk telt.
Prachtig verwoord, dat pure en schrijnende dat het leven ook is.
“Het enige wat telt zijn de daden van mededogen en de daden van niet-mededogen. Dat is het enige wat overblijft en wordt neergeschreven in het levensboek.”
Lieve Hans, hoe letterlijk zeer ken ik dit. Of het aan mijn karakter of opvoeding ligt ik weet het niet maar bij mij overheerst vooral de treurnis en diepe spijt over al mijn daden van niet-mededogen , die momenten die onomkeerbaar zijn.
Net zoals wanneer ik aan Petrus denk ik in eerste plaats en vooral denk aan zijn verloochening van Jezus , de rest valt daarbij weg.
Het is niet (meer) dat ik me schuldig voel over het mededogen loze handelen maar het verdriet erover is groot.
Jij beschrijft ontroerend en poëtisch hoe het licht op je oude dag op je schijnt en ervaart dat er voor je gezorgd wordt.
Ik ervaar op mijn oude dag een grote lichtheid en Gods zegening als ik ben met mijn kleinkinderen.
Als het niet zo gezwollen zou klinken zou ik schrijven dat ik het gevoel heb of er dan liefdevol zalf op de diepe schrammen in in mijn oude huid en ziel wordt gesmeerd.
Daarnaast is het troostend te weten dat ik vergeven ben als ik in dezelfde situatie niet meer dezelfde fouten maak.
Er blijft dus werk aan de winkel en daar krijg ik heel gewoon goeie zin van.
Liefs Victorine
Dag Hans, Wat mooi geschreven. Zelf ervaar ik de laatste tijd zo het verlangen naar verdieping en het gehaast achter mij te laten. Alles wat mijn ego wil los te laten. Daaronder of achter, wat zit daar? De ziel. Ben weer aan het mediteren zonder methode, elke keer het open veld. Dat is werken merk ik.
Dank je wel voor jouw mooie verhaal. hartelijke groet Lida
Lieve, lieve Hans, zo precies en zo zuiver.
In smart en liefde verbonden,
Mariette