Patronen van gehechtheid en verslaving

Patronen van gehechtheid en verslaving is een thema dat mij al heel lang bezighoudt. In al mijn boeken heb ik er op de een of andere manier aandacht aan besteed en het is een hoofdthema geweest in mijn werken met mensen van de afgelopen 40 jaar. Ik zie gehechtheid (en de blinde continuering daarvan die verslaving is) als een van de grote problemen van de mens. Misschien is het zelfs wel het centrale probleem.
Het is in ieder geval een toetssteen. Niet voor niets worstelen zoveel oprechte mensen met hun verslavingen. Het is voor iedereen die het leven ten volle wil leven de grote opgave om zijn negatieve patronen te onderkennen en vrij te worden van wezenlijk belemmerende vormen van afhankelijkheid.
Kortom: het vrijkomen van de diverse verslavingspatronen, zowel de collectieve als de meer individuele, is de grote opgave voor de ontwikkelde en goedwillende mens.Verslaving
Het is eigen aan een patroon van verslaving dat dit je voorspiegelt dat alle dingen goed zullen worden als je een speciale stof tot je neemt, een speciale handeling zult verrichten, een speciaal contact zult aangaan. Pas als je deze influistering gaat herkennen als een loze belofte, kan er een fundamentele verandering plaatsvinden. Dan is het mogelijk dat je uit jezelf op zoek gaat naar bevrijding.
Eigenlijk dringt het pas tot je door dat je verslaafd bent, wanneer je merkt dat je verwachtingen niet (meer) worden bevredigd, maar je toch niet kunt stoppen met het gebruik of het contact of de handeling. Je begint dan – aanvankelijk tegenstribbelend en in het geheim – te zien dat er niets wordt opgelost wanneer je gehoor geeft aan de influistering en dat de dingen niet goed worden. Er is misschien even een kick, een opluchting doordat de hunkering voor het moment wordt gestild, maar het voldane gevoel duurt kort en verschraalt snel. Altijd komt dan toch de afrekening: de kater, de hekel aan jezelf, de lichamelijke, psychische en relationele problemen. En de honger blijkt ook niet gestild te zijn, want die komt terug. Dat is nog wel het ergste: die voortdurende honger die kost wat het kost moet worden bevredigd.
Het kan plotseling, maar soms ook heel geleidelijk, tot je doordringen dat er in deze verslaving werkelijk geen antwoord of oplossing te vinden is. Als deze harde waarheid tot je doordringt, wordt het echt moeilijk, want dan kom je met je rug tegen de muur te staan. Je beseft dat de enige oplossing is eruit te stappen en te stoppen met het gebruik. Dat is echter makkelijker gezegd dan gedaan, want als je stopt ga je je beroerd voelen. Heel beroerd. Je wordt zenuwachtig, geïrriteerd, krijgt allerlei conflictjes en regelrechte ruzies, je wordt somber, voelt je minderwaardig en gaat je vervelen. De gewone dingen lukken niet meer. Kortom: je krijgt lichamelijke, psychische en relationele ontwenningsverschijnselen. Deze verschijnselen kunnen hevig zijn (vooral de lichamelijke) en langdurig (vooral de psychische en relationele).

Er wordt dus wanneer je echt wilt stoppen een flinke dosis moed – je kunt ook zeggen: positieve wanhoop – van je gevraagd en vervolgens een groot doorzettingsvermogen. Deze moed of positieve wanhoop kun je nog wel in je eentje opbrengen, maar om de ontwenningsverschijnselen ook na enige tijd te blijven trotseren, heb je meestal ondersteuning van anderen nodig – een vertrouwenspersoon, medische begeleiding, een vriendenkring, een therapiegroep, een religieuze gemeenschap, noem maar op.Ernstig en minder ernstig
Als ik dit zo zeg, wek ik misschien de indruk dat ik het heb over ernstige vormen van verslaving, bijvoorbeeld ten gevolge van langdurig gebruik van alcohol of heroïne. Dat is niet mijn bedoeling. Ik heb het over alle vormen van verslaving. Verslaving aan stoffen als alcohol, nicotine en cocaïne, verslaving aan computerspelletjes, aan spelen op fruitautomaten, aan tv-kijken, aan surfen op het internet, aan eten, aan niet-eten, verslaving aan werk, aan ruziemaken, aan dagdromen, aan slaapmiddelen, aan bumperkleven, aan een afkeer van je moeder, aan vormen van seks, aan het kopen van kleding, aan het stelen in winkels. Je kunt het zo gek niet bedenken of een mens kan eraan verslaafd raken.

Natuurlijk zijn er statistisch gezien gradaties en zijn er ernstige en minder ernstige vormen met ernstige en minder ernstige ontwenningsverschijnselen. Als jij echter niet kunt stoppen terwijl je heel graag wilt stoppen, heb je er weinig aan dat jij statistisch gezien lijdt aan een minder ernstige vorm van verslaving. Jij kunt namelijk niet stoppen. Je wordt gedreven door een vreemde kracht, die jou laat doen wat je niet wilt doen. En dat is ernstig.
In de praktijk is het zo dat voor iedereen zijn verslaving(en) de ernstigste vorm van verslaving is (zijn ).
En er is geen overwinning zo groot als de bevrijding uit deze ernstigste vorm van verslaving.
Geplaatst in Hans' weblog

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

*